Tekst Erik Riemens
Foto Anita Sajet
Nee, aan het afscheid van Noa moet ze niet denken, al komt het wel steeds dichterbij. Wat rest is straks een foto in de cel en warme herinneringen. Alyssa* is in Rijksjustitiële Jeugdinrichting De Hunnerberg in Nijmegen een van de zes deelnemers aan het programma Dutch Cell Dogs. ‘Ik heb geleerd om niet op te geven en te blijven proberen.’
Donderdag, zomaar een ochtend in mei. De bus van Dutch Cell Dogs wacht voor de toegangspoort van De Hunnerberg om binnengelaten te worden. Jenna en Nancy zijn de twee kynologische instructeurs. Achter hen een behoorlijk kabaal van een aantal enthousiaste blaffende honden, afkomstig uit het asiel in Tiel. Ze zijn niet alle zes even luidruchtig. Dat blijkt ook wel als de deuren van de bus even verderop opengaan.
Even schrikken
Alyssa ziet haar hond en maakt een vriendelijk gebaar. Noa – een Turkse herder (Kangal) – herkent haar meteen en is de rust zelve. ‘Ik kijk iedere keer echt uit naar de trainingen. Alle momenten zijn leuk met elkaar. Alleen, toen ik Noa kreeg was het wel even schrikken, want ik vond ‘m wel heel erg groot. Ik heb mij opgegeven omdat ik weinig geduld heb, waardoor het ook weleens mis is gegaan, zeg maar. Geduld heb je juist nodig om een hond wat te leren, want die kan iets ook niet meteen goed doen. Ik heb geleerd om niet op te geven, te blijven proberen en ik ben geduldiger geworden.’
Toevallig ontstaan
Het programma Dutch Cell Dogs ontstond al in 2009. Min of meer toevallig, aldus Marlies de Bats, één van de oprichters. ‘Ik zat Cell Dogs America te kijken op televisie. Een concept waarbij gedetineerden asielhonden op hun cel kregen en daar enkele weken mee gingen trainen met hulp van een vrijwilliger die af en toe langskwam. De manier van trainen was niet altijd positief en het ging ook niet altijd even goed.’
‘Al kijkend ontstond het idee om iets dergelijks op een veiliger manier te introduceren binnen Nederlandse instellingen. Samen met Betty Buijtels ben ik ruim twaalf jaar geleden gestart met een pilot in PI Vught. Daar werden zes gedetineerden gekoppeld aan kansarme asielhonden. We lieten hen op een uitsluitend positieve manier trainen, met behulp van een clicker. Dat is een metalen apparaatje dat een klikgeluid maakt. Zodra de hond dat geluid hoort associeert hij het met leuke dingen doen. De pilot was een groot succes en inmiddels trainen wij in 18 instellingen en zijn er al meer dan 1200 honden succesvol met heel veel liefde en enorme inzet getraind en herplaatst.’
Snoepje
‘Maak meteen contact, roep je hond en vraag aandacht. Dan mag je hem belonen. Ja toe maar’, schalt de stem van Jenna over het sportveldje op De Hunnerberg. Click. Click. Click. De honden krijgen een snoepje, een beloning voor goed gedrag.
Dutch Cell Dogs draait nu acht jaar in De Hunnerberg. De zes jongeren zijn die donderdag alweer toe aan hun dertiende les. Het begon met de eerste les in maart, gevolgd door twee keer in de week op de maandag en donderdag. Begin mei volgde een afsluiting met een demo voor familie.
Op de trainingsmomenten zijn de jongeren ruim 1,5 uur bezig met hun hond. Dat begint al met het uit de auto halen van de hond en contact maken. Eén voor één, netjes in de rij en in alle rust, wat ook goed is voor de honden. Er worden wat oefeningen gedaan, een parcours gelopen en er is ook tijd voor écht contact. Zo springt een van de honden tijdens een rustmomentje spontaan op schoot.
Rustig terugbrengen
‘De honden komen allemaal uit hetzelfde asiel en inmiddels zijn de meeste alweer herplaatst’, vertelt instructrice Nancy, die samen met Jena en de jongeren iedere training evalueert.
Na de training ruimen de jongeren het materiaal opruimen, gooien het laatste restje voer terug in de bak en brengen ze de hond weer rustig terug naar de bus. De deur voor zowel de hond als de deelnemers gaat dan weer dicht. Wachten tot de volgende les.
Grasmaaiers en vrachtwagens
Eenmaal terug in de bus praten de trainsters nog wat na. Onder meer over het effect en het verloop van de training. ‘Vandaag verliep eigenlijk heel soepel, al schrokken de honden wel even van de grasmaaiers en voorbijrijdende vrachtwagens buiten de muren’, aldus Nancy. Jenna valt haar bij en legt uit wat de trainingen doen met in dit geval jonge gedetineerden. ‘Het is best moeilijk meetbaar. Je kunt het niet echt tastbaar maken. Wel letten we heel erg goed op hoe de jongeren aankomen en hoe ze weggaan. We trainen niet alleen honden in gevangenissen, maar werken bijvoorbeeld ook met autistische kinderen. Daar heb ik wel meegemaakt dat een van hen ineens ging praten, terwijl dat nooit gebeurde. Heel mooi om mee te maken.’
Een van de groepsleiders van Alyssa die ook even kwam kijken, zegt over de opbrengst van het trainingsprogramma: ‘Ik zie dat Alyssa op de groep wat meer loskomt, rustiger wordt en dat ze echt naar de trainingen uitkijkt, al ben ik geen gedragsdeskundige.’