Tekst Nienke Ledegang
Foto Jarno Kraayvanger
Zo snel kunnen inzichten soms veranderen: nog maar drie jaar geleden ging Justitiële Jeugdinrichting het Poortje in Veenhuizen dicht. Nu is op diezelfde plek onlangs JJI De Haven geopend. Inderdaad: een jeugdinrichting. Directeur Rudy Sinnema: ‘De behoefte aan een gesloten setting voor jongeren uit Noord-Nederland bleek groter dan gedacht.’
De herfstzon doet uitbundig zijn best en kleurt de bladeren van de bomen geel en rood. Het is stil en leeg op het uitgestrekte terrein van RJJI de Haven, pal naast PI Norgerhaven in Veenhuizen. Dat is ook wel begrijpelijk: de jongens zitten tot etenstijd op hun kamer. Maar de relatieve rust komt ook doordat pas 14 van de 70 kamers op dit moment bezet zijn. Het inhuizen van jongeren is pas net gestart en gebeurt gefaseerd: iedere dag komen er maximaal twee jongeren bij. Uiteindelijk zullen standaard 62 van de 70 plekken bezet zijn. ‘De gefaseerde instroom doen we om de groepsvorming in goede banen te leiden, om personeel én jongeren de kans te geven aan elkaar te wennen’, zegt Marije Kasanwidjojo, de ook nieuw begonnen pedagogisch directeur van RJJI De Haven. Samen met Rudy Sinnema zwaait ze de scepter in de jeugdinrichting.
Positief perspectief
‘Alles is hier gericht op het pedagogisch klimaat’, zegt Kasanwidjojo, die gezondheidspsycholoog en orthopedagoog is en hiervoor als hoofd behandelaar in de Van Mesdag Kliniek werkte. ‘Wat wij hier willen neerzetten is een gefundeerde behandeling waarmee we een positief perspectief voor de jongere bieden. Dat klinkt allemaal heel correct, maar dat is wel waar ik voor sta.’
Rudy Sinnema knikt. Hij werkt al 34 jaar voor DJI, in zijn laatste rol als plaatsvervangend vestigingsdirecteur van PI Veenhuizen. ‘Ik kom uit de beheerswereld. Jeugd is volslagen nieuw voor me en de meer pedagogische aanpak dus ook. Ik ben gevraagd om RJJI De Haven op poten te zetten. Daarna zou ik weer terugkeren naar de PI. Maar toen ik met die jongeren bezig ging en de vacature voor directeur primair proces naar buiten kwam, heb ik toch zelf mijn vinger opgestoken. Ik merkte dat ik heel veel energie krijg van de benadering in de jeugdinrichting. Misschien komt het doordat ik zelf vier pubers thuis heb. Ik heb affiniteit met de doelgroep.’
Die doelgroep zijn jongens uit het hele land, in de praktijk vooral jongens tussen 13 en 17 jaar uit Noord-Nederland. Voor hen was er de afgelopen jaren een zichtbaar tekort aan forensische, gesloten plekken. Sinnema: ‘Er is een kleinschalige voorziening voor lichtere gevallen in Groningen, maar zwaardere gevallen moesten naar JJI's door het hele land. En bezoekende ouders dus ook. Er was een leemte.’
Naar school met een broodtrommel
Sinnema en Kasanwidjojo geven trots een rondleiding over het terrein. ‘Zoals je ziet zijn PI en jeugdinrichting strikt van elkaar gescheiden, ook al zitten de gebouwen naast elkaar. Het is niet de bedoeling dat de twee groepen met elkaar in aanraking komen’, zegt Sinnema. Kasanwidjojo wijst naar de school in de verte. ‘Die is inmiddels ook operationeel, daarvoor werken we samen met Portalis. De jongeren verblijven er de hele dag, nemen er ook hun broodtrommel mee naartoe. Alles is hier gericht op een goede voorbereiding op hun toekomst.’
‘Wat mooi is’, voegt Sinnema daaraan toe, ‘is dat we daarvoor gebruik maken van de expertise uit de naastgelegen PI. Leermeesters van ons arbeidsbedrijf In-Made leren de jongens alles over bijvoorbeeld groenvoorziening. Hartstikke mooi, want die kennis is hier toch al voorhanden.’
De twee laten de eerste leefgroep zien, die nu langzaam volstroomt. ‘Dit is een kortverblijfgroep’, legt Marije uit. ‘Jongens die hier komen, zijn vaak voor het eerst in de gevangenis. Als ze binnenkomen moeten ze nog dezelfde dag verplicht hun ouders bellen. Vaak komen dan wel de tranen. Het is niet niks, hier vastzitten. Daarom zorgen we ook dat het hier niet op een gevangenis lijkt. Dat het er huiselijk is en er een sfeer van rust en vertrouwen hangt. Dat horen we ook terug van de jongens.’
Algemeen rookverbod
Maar er zijn natuurlijk wel duidelijke regels, legt Sinnema uit. ‘Wat ik zelf een spannende vind: er geldt hier een algeheel rookverbod. Dat is nog vrij uniek binnen DJI. Het betekent dat er voor de jongeren geen rookplek is en dat personeel echt een heel eind moet lopen om een peuk te roken. Tot nu toe gaat het goed, is iedereen er vrij gelaten onder. Het scheelt dat het vanaf het begin duidelijk was dat hier niet gerookt wordt. We hebben niemand iets hoeven afpakken. Een mooie bijkomstigheid is er door het rookverbod minder problemen met drugs lijken te zijn. Dat is iets waar vanuit het hele land met interesse naar gekeken wordt.’
Op de leefgroep zijn twee collega’s bezig met de voorbereiding van het avondeten, zometeen mogen de jongens van hun kamer af. Floran is een van de groepsleiders. Hiervoor werkte hij bij DV&O. ‘Toen ik de vacature zag, vond ik dat meteen een mooie kans. Jeugd is een nieuwe doelgroep voor me. Ik moet zeggen: ik vind het leuker dan verwacht.’ Collega Tessa komt bij hem staan en vertelt: ‘Waar Floran vanuit de veiligheidshoek komt, is mijn achtergrond zorg. Ik kom uit de kinderopvang, was leidinggevende op een babygroep. Ook ik zocht een nieuwe uitdaging en vond die hier. Mensen reageren positief, maar vragen ook of de overgang niet érg groot is. Dat is natuurlijk zo, maar ik zie ook wel overeenkomsten. Je bent een luisterend oor voor de doelgroep, hebt intensief contact met de ouders en ook hier bied je vooral zorg.’
Sinnema knikt goedkeurend. ‘Ik ben blij met alle nieuwe mensen die we hebben aangenomen. Samen zijn we aan het pionieren, dat schept een band. De wervingscampagne is ontzettend goed verlopen. We hebben inmiddels 110 mensen in dienst en gaan uiteindelijk doorgroeien naar 180.’
Personeel gezocht
Kasanwidjojo: ‘We hebben geluk dat het werven in deze regio nog wel lukt, en trouwens: we hadden ook hele goede recruiters. Alsnog zoeken we nog steeds naar nieuw personeel. We hebben minimaal nog een GZ-psycholoog nodig, maar zoeken ook nog overige behandelstaf, groepsleiders en pedagogisch medewerkers.’
Kasanwidjojo en Sinnema zien de toekomst met vertrouwen tegemoet, mede dankzij de samenwerking met partners uit de hele regio. Sinnema: ‘Vorig jaar hebben we een ketenpartnerdag gehouden om samen te verkennen hoe de samenwerking eruit kan komen te zien. Begin volgend jaar krijgt dat een vervolg, en nodigen we onze belangrijke partners opnieuw uit. Denk aan het OM, de Raad voor de Kinderbescherming, de reclassering, gemeenten… Ook krijgen we binnenkort drie van de vier inspecties op bezoek. Daar zijn we hartstikke blij mee.’ Marije vult hem aan: ‘Dat klinkt misschien gek. Maar wij zien het zo: die inspecties kunnen ons alleen maar cadeautjes geven, gewoon door te zeggen wat er al goed gaat en wat we nog beter zouden kunnen doen.’
Waarmee de twee directeuren willen zeggen: Zorg dat je nooit in de jeugdinrichting terechtkomt. Maar als het dan toch moet, zit je in De Haven op de juiste plek.